​Didi en Gogo wachten bij een boom aan een landweggetje op iemand of iets dat ze Godot noemen. Wie of wat Godot is weten ze niet meer. Wanneer Godot komt zijn ze vergeten en ze twijfelen bij welke boom ze hadden afgesproken. Er moet toch iéts gebeuren? Maar wat? Wanneer? Hoe? Waar? Door wie? ​Slapstick, cabaret, poezië en tragedie wisselen elkaar in een snel tempo af terwijl ze discussiëren, ruzie maken, zich vervelen, het weer goed maken en zich afvragen wie ze zijn en wat ze hier komen of moeten doen. ​Dat alles terwijl de tijd meedogenloos doortikt en het einde steeds sneller in zicht komt.